Jo en Gerard


Tante Jo en oom Gerard

Datum:

22 Nov 2019

Gewijzigd:

20 Jan 2020

Periode:

Van 14 jaar tot 21 jaar

Volgorde:

2


Geen foto

Hoe het langdurige contact met m’n tante Jo en oom Gerard in mijn wereld is gekomen, weet ik niet meer. Evenmin trouwens hoe het er weer uit is gegaan. Toch is nog steeds de geur van verbrande olie vermengd met benzine en die van ananas met slagroom, de basis voor m’n herinneringen aan de tijd tussen m’n 14e en ongeveer 18e jaar.

Het is de periode dat ik vrijwel elk weekend ga oppassen bij Jo en Gerard. Jo is de jongste zus van m’n vader, Gerard haar man. Ze hebben zes kleine kinderen in de leeftijd van 2 tot 8 jaar en wonen in Schiedam. Gerard werkt bij een groenten en fruit exporteur in Wateringen; ‘s morgens vroeg weg en ’s avonds laat thuis. Vandaag de dag is dat onvoorstelbaar, maar hij reist op en neer met een Solex.

In het begin van die periode loop ik elke zaterdag van Delft naar Schiedam. Op zondag brengt Gerard me dan met de Solex weer thuis. Met die Solex is het snel over, hij vervangt hem na korte tijd door een Berini. Het “eitje”; zo genoemd naar de bijzondere vorm van de benzine tank. Met z’n nieuwe aanwinst haalt Gerard me nu ‘s zaterdags thuis op. De zaterdagavond als de kinderen naar bed zijn, gaan Jo en Gerard ‘uit’ en dan ben ik aan zet.

Die zaterdagavonden zijn voor een leergierig ventje als ik een beleving. Jo en Gerard hebben boeken, naar mijn indruk heel veel boeken. Twee titels springen eruit: “Lady Chatterley’s Lover” en een rijk geïllustreerde “Atlas van het menselijk lichaam”. Dat boek over lady Chatterley zorgt in die tijd voor veel ophef: ik begrijp dat niet goed. Het gaat gewoon over een rijke mevrouw die vreemd gaat met haar tuinman. Nou en? Dat andere boek, de atlas, gaat ook over seksuele voorlichting en dat is pas écht spannend! Verhalen over de penis en de testikels, de vagina en de baarmoeder compleet met eierstokken. En alles rijk geillustreerd over hoe je 'het' doet zodat er geen misverstand kan ontstaan. Met rooie oortjes onderga ik de onderdompeling in het weinig besproken geheime leven. De niet uitgelegde latijnse term 'coïtus interruptus', blijft me bezighouden. Later ontdek ik dat het om een klunzige manier van geboorte beperking gaat. De boekenwijsheid die ik daar opdoe, maken me tot een expert zonder praktische ervaring.

Op zondag is het ‘feest’. Rond het middaguur warm eten en als toetje ananas met slagroom. Steevast vraagt Jo: “Jan, klop jij even de slagroom?” Jo kan die slagroom best zelf wel kloppen, maar ze weet dat ik het graag doe. Smullend en smakkend zit het hele spul rond de tafel. Dat toetje is een lekkernij en een luxe. Het soort luxe waarvan ik thuis nooit heb leren dromen. Geld lijkt voor Gerard geen probleem. Als Jo geld nodig heeft, haalt Gerard een rol bankbiljetten uit z’n achterzak en geeft haar wat ze wil. Heel anders dan bij ons, daar draaien we elk dubbeltje drie keer om voor we het uitgeven.

Na het eten leggen Gerard en ik het tafelzeiltje omgekeerd op de vloer. In de huiskamer! Een laag oude kranten erover en dan de Berini erop. Iedere keer is het weer een heel gepiel: eerst de carburator en de uitlaat eraf. Dan de cilinderkop en de cilinder. Vervolgens alle aangekoekte koolstof voorzichtig van de zuiger af krabben en de zaak goed schoon spoelen met benzine. Als de bromfiets weer in elkaar zit: maak ik een proefritje om het Frans Halsplein. Niet verder want zo’n jong ventje op een brommer valt te veel op.

Apetrots komt Gerard voorrijden op z’n nieuwe motorfiets, een JAWA 250 cc. Zo’n motor is rond ’54 goed te betalen voor een niet al te vette beurs. Achterop zittend, ben ik minstens zo trots. Na een poos, als ik de kunst heb afgekeken, mag ik zelf sturen en zit Gerard achterop. Onder zo’n leren motorkapje valt m’n 16-jarig jonge smoeltje niet op. Rijd ik te snel of doe ik andere dingen die Gerard niet goed vindt, dan trekt hij me aan m’n mouw.

Soms lijkt net alsof ik dat nu nog wel eens voel.